Bij Metifix hebben we al heel wat luchtdichtheidsmetingen uitgevoerd. We doken in onze rapporten en analyseerden welke luchtlekken het vaakst opduiken in gebouwen. Zo ziet onze top 6 eruit.
1. Schachten
Zeer vaak zijn luchtlekken te situeren in de schachten die zich in een gebouw bevinden. Denk bijvoorbeeld aan technische kokers met verticaal lopende leidingen erin. Hun impact op het resultaat van de luchtdichtheidsmeting varieert naar gelang het type gebouw. Bij een hoogbouw van 100 meter wegen de twee of drie grote schachten minder door in de totale luchtdichtheid dan bij uitgestrekte gebouwen met twintig of dertig schachten.
Vaak is het een uitdaging om de eisen qua ventilatie, brandveiligheid en luchtdichtheid van deze schachten te verzoenen. Ingrepen met een horizontale compartimentering of een brandwerende doorboring van de schacht kunnen bijvoorbeeld bij middelhoogbouw soelaas bieden.
2. Liften
Liftschachten zijn een tweede plaats waar luchtlekken frequent voorkomen. Ook hier zal het zaak zijn om een evenwicht te vinden tussen de vereisten op vlak van ventilatie en luchtdichtheid. De opening van de permanente verluchting kan je sluiten door de installatie van gekeurde gemotoriseerde kleppen. In de kelder is dat minder evident. Daar kan het lonen om extra aandacht te besteden aan de luchtdichtheid van de branddeuren en doorboringen van technieken. Bij veel kelderverdiepen wordt de impact van de gemotoriseerde klep dan ook kleiner.
3. Technische lokalen
De architect bepaalt of een technisch lokaal al dan niet deel zal uitmaken van het volume. Een stooklokaal met een gasbrander moet altijd een onder- en een bovenverluchting bevatten. Zeker bij grote gebouwen, die al snel openingen van een vierkante meter hiervoor voorzien, kan het nuttig zijn om hier vooraf over te communiceren. Samen met de BCCA kan je bekijken of een afwijking mogelijk is.
4. Technische leidingen naar buiten en naar de (kruip)kelder
Met luchtdichtheid loopt het vaak fout bij technische leidingen naar kelders. Die kan je brandwerend afdichten, maar vaak is dat nog niet gebeurd op het moment van de blowerdoortest. De oplossing is dan ook eenvoudig: zorg voor een tijdige afdichting.
5. Aansluiting op bestaande gebouwen
Een aansluiting van een nieuw gebouw op een bestaand gebeurt vaak via brandwerende deuren. Zorg er echter voor dat deze deuren ook luchtdicht zijn. Over deze aansluiting bestaat ook een belangrijke misvatting: in Nederland is het toegelaten om de (warme) zone achter deze deur uit te sluiten, maar in België is dat niet het geval.
In de ruwbouwfase is het belangrijk om de uitzettingsvoegen tussen bestaande en nieuwe delen te voorzien van luchtdichtheidsfolie of epdm om lekken te voorkomen. Het is een element dat vaak wordt vergeten, terwijl de voegen na de afwerking niet meer bereikbaar zijn.
6. Deuren, verhuisramen en luiken
Als onze top 5 is opgelost, dan vormen deuren, verhuisramen en luiken (bijvoorbeeld gesloten kelderluiken) de laatste resterende lekken. Het is uiteraard belangrijk deze te sluiten bij een luchtdichtheidsmeting, maar dat is niet het enige aandachtspunt. Bij metingen van passiefgebouwen bijvoorbeeld is het belangrijk om ervoor te zorgen dat deuren en verhuisramen vooraf goed worden afgeregeld.